Nicolaas van der Waay (1855-1936) was een degelijke en klassieke kunstenaar die, in de traditie van zijn leermeester August Allebé, zich inzet voor het naturalisme – en niet voor het impressionisme, de stroming waarin lijn werd verwaarloosd. Zijn kunst kenmerkte zich vooral door grondig vakmanschap en nauwgezette afwerking. Zijn oeuvre beslaat genreschilderkunst, landschappen, portretten, historievoorstellingen en stadsgezichten.
Ook ontwierp hij voor munten en postzegels en het eerste, officiële bankbiljet van 10 gulden (1904-1920) was van zijn hand. Van der Waay is ook bekend om de allegorische voorstellingen die hij maakte voor de Gouden Koets. Een van zijn bekendste werken is Kerkgang van Burgerweesmeisjes, geschilderd rond het begin van de 20ste eeuw, dat bewaard wordt in het Amsterdams Historisch Museum. Zelf vinden we de staking van de Balerina's prachtig.
Na zijn afstuderen van de Rijksacademie deelde hij een atelier met een klasgenoot: Jan Hillebrand Wijsmuller. In 1880 kende de vereniging Arti et Amicitiae hem de eerste Willink van Collenprijs toe voor zijn schilderij "Among Friends". De prijs werd beschouwd als een nationale tegenhanger van de Parijse Salon. Daarna betrok hij een groter atelier bij Ernst Witkamp. In 1883 deed hij mee aan de prijsvraag voor de Prix de Rome, maar dat jaar werd er geen prijs uitgereikt wegens onvoldoende inzendingen. In plaats daarvan kreeg August Allebé een ministeriële beurs waarmee hij een studiereis naar Italië kon maken om oude meesters te kopiëren.
Bij zijn terugkeer werd hij docent aan de Rijksacademie en in 1891 werd hij benoemd tot hoogleraar, als opvolger van Barend Wijnvel. Vele kunstenaars van begin 20e eeuw zijn daarom schatplichtig aan Van der Waay die tot zijn eigen pensionering in 1927 de academie leidde.
In de jaren 1890 begon hij ook belangrijke staatsopdrachten te ontvangen zoals de kroning van Wilhelmina in 1898. Rond 1900 kwam hij onder invloed van Isaac Israëls, waarbij hij een vrijere penseelstreek aannam en een meer impressionistische stijl. Evenals Israëls was Van der Waay een meester in het vastleggen van mondaine stadsvoorstellingen, vaak met vrouwen in de hoofdrol. Verschillende musea in Nederland bezitten werk van Van der Waay, onder andere het Rijksmuseum en het Museum Boijmans Van Beuningen.
Na de opkomst van het modernisme van Jan Sluyters en Leo Gestel in het begin van de 20e eeuw werd de kunst van Van der Waay minder gewaardeerd. Zijn werk werd in 1913 afgewezen door zijn oud-studenten die nu de jury vormden van de kunstenaarsvereniging St. Lucas. Licht en vrijheid van vorm en compositie werden belangrijke criteria. Vele anderen waren verontwaardigd over de afwijzing van de oudere schilders door de jury. Het conflict leidde tot een polarisatie tussen de "blues" (de modernisten) en de "browns" (de traditionalisten); de uitdrukking van subjectieve ervaring' van de jongere kunstenaars en het 'idealisme in symbiose met reportage-realisme' vertegenwoordigd door Van der Waay en zijn bondgenoten. Momenteel zijn vooral de meer impressionistische werken van Van der Waay populair. De markt wint. Mocht u werken van Van der Waay willen (ver)kopen dan helpen we u graag.